Testcase Wallengebied: ‘als het hier lukt, kan het overal’
Bart Stoffels, coördinator City Deal Openbare Ruimte, nam in oktober deel aan een excursie in het Wallengebied. Dit was de laatste (zomer)tour in een serie van vier. Bart doet in deze blog verslag, en legt uit hoe de Koppelkansen-testcase Wallengebied een sprint én een marathon is.
De studenten en toeristen die voorbij fietsen op de Amsterdamse Wallen hebben geen flauw idee wie het bonte gezelschap op een legertje OV fietsen is dat ze passeren. Dat gezelschap heeft het over regie op de tussenschaal, integraal gebiedsplan, koppelkansen, datafundament.
Uhh, sorry, can you tell me where I can find Dam Square?
De Amsterdamse bouwmeesters die hier vanaf de 13e eeuw pakhuizen en woningen bouwden rond grachten en kades, zouden deze taal evenmin hebben begrepen. Wel als je ze had verteld dat we overstromingen, rottende palen en omvallende kademuren willen voorkomen. Eerlijk is eerlijk, dat is zeven eeuwen later nog steeds een mega opgave. En dan komt er van alles bij: dertig miljoen toeristen, prostitutie en veiligheidsbeleid, een energietransitie, biodiversiteit onder de grond en boven de grond.
Optimale schaalniveau
Amsterdam, evenals talrijke andere gemeenten, is bezig het begrip ‘regie op de openbare ruimte’ te heruitvinden, met het Wallengebied als actuele uitdaging. Dat is minder ingewikkeld dan het klinkt. Je hebt aan de ene kant van de organisatie de teams die visies en beleidskaders maken, bijvoorbeeld de mobiliteitsvisie of adaptatiestrategie. Aan de andere kant heb je de uitvoeringsorganisatie die bouwt en beheert. Maar van visie kan je nooit in één stap naar een project afdalen. Want welke keuzes maak je dan op het gebied van ontwerp, techniek, planning en financiën? Daar komt het begrip tussenschaal om de hoek kijken. Elders in Amsterdam, in Amstelstad in Zuidoost, is er de laatste jaren een integrale ontwerpmethode ontwikkeld die per transitie opgave het optimale schaalniveau markeert waarop je kiest voor een bepaalde infrastructuur, daarna komt de asssemblage van die onderdelen tot een integraal ontwerp. Zo moet je soms kiezen om kabels en leidingen voor een groter traject te vernieuwen dan voor de straat waar je ruimte zoekt voor nieuwe bomen. En die bomen lijken optisch een kleine voetafdruk te hebben, maar het zorgen voor een optimale ondergrondse bodemconditie reikt veel verder.
Met de keuze voor De Wallen als testcase legt Amsterdam de lat hoog. Hier is enorm veel druk op de beperkte ruimte en overal is zichtbare én verborgen geschiedenis. De gedachte zal zijn “als we er hier in slagen de openbare ruimte integraal te vernieuwen, gaat het overal lukken”. Onze excursiegidsen hebben er zin in en stralen uit dat ze nu al een multidisciplinair dreamteam vormen dat in de startblokken staat. Dat wordt een hardloopwedstrijd op twee snelheden. De sprint is de vervanging van kademuren die op instorten staan. Hier is zaak uitsluitend die doelen mee te koppelen die in twee jaar praktisch haalbaar zijn. De lessen die dat oplevert kunnen mee naar de marathon: het hele Wallengebied vernieuwen in tien jaar. Dit gaat het Integraal GebiedsPlan heten en is een trendbreuk met de werkwijze waarin per afzonderlijk infrastructuur onderdeel een uitvoeringstraject werd uitgezet. In die oude werkwijze was natuurlijk ook afstemming ter voorkomen van hinder en schade, maar het Gebiedsplan beoogt meer dan dat: waardecreatie voor de buurt door maatschappelijk opgaven te koppelen aan technische vernieuwing.
De sleutel zit in de ondergrond
Joyce van den Berg, Marco Scheffers en Lidwien Besselink, inmiddels graag geziene gangmakers in de City Deal Openbare Ruimte leggen uit dat ook hier de sleutel voor oplossingen in de ondergrond zit. Omdat we de ondergrondse ruimte niet fysiek kunnen zien is het bouwen van een datafundament cruciaal. Niet één nieuw totaalsysteem, maar betere uitwisseling van data tussen verschillende eigenaren en systemen is de weg te gaan. En van die data informatie scheppen waarmee je kan ontwerpen, rekenen, afwegen en besluiten.
In de City Deal gaan we deze geweldig uitdagende casus de komende jaren volgen. Experts van andere gemeenten, Rijk, adviesbureaus en kennisinstellingen doen daar volop mee. Het doel van deze casus en 15 casus in andere steden, is samen de bouwstenen te gaan oogsten voor een nieuwe manier van werken die op grote schaal toepasbaar is. En dat kan nu al. De ‘Rainproof’ voorbeelden in de Rivierenbuurt en op de Zuidas die we diezelfde middag bezochten laten zien dat kleine stappen in de uitvoering de weg plaveien voor grote veranderingen.